20 Jan 2022
Hallo lezer!
Omgangsvormen in schrijfland. Voor wie schrijf je eigenlijk?
Copywriting
Omgaan met je lezers. Je bent als schrijver onderschikt aan wat je klant en de lezers van je tekst vinden. Besef je je dat? Voor wie schrijf je eigenlijk? Niet voor jezelf toch? Zet je eigen mening eventjes aan de kant. De lezer moet blij zijn met de communicatie, tevreden zijn over de inhoud en daar snel een beslissing op kunnen nemen. Je wilt je lezer informeren, stimuleren tot nadenken of activeren om iets te gaan ondernemen. Kies er één en borduur daar op verder.
Omgangsvormen
Welke rol neem je aan als schrijver of zender van de communicatie? Welke rol geef je aan je lezer? Hoe is de onderlinge relatie? Het antwoord op deze vragen is het betrekkingsniveau. Los van wat je zegt (de inhoud), moet je je afvragen binnen welke relatie de inhoud wordt uitgesproken.
Hebben we hier te maken met vaste klanten of fans van een merk die we informeren over de nieuwste collectie? Dan kennen we elkaar al een tijdje, zitten we op hetzelfde niveau qua kennis en spreken we elkaar aan met ‘je’ en ‘jij'. Misschien vangen we de tekst zelfs aan met ‘hoi’.
Is dit de eerste keer dat iemand geïnformeerd wordt over een belasting die moet worden betaald? Dan is je lezer niet blij, heeft vast veel vragen en is er sprake van een ongelijkwaardige relatie. Oftewel: de relatie is uit balans. We hebben niet hetzelfde kennisniveau en je pakt de lezer ook nog eens in zijn portemonnee. En daar doet het altijd pijn. Voel je het verschil in betrekkingsniveau? Hier kies je voor 'geachte' of 'beste' en spreek je in de 'u-vorm'. Valkuil is dat je tekst hierdoor meer zakelijk dan persoonlijk uitpakt. Iets om op te letten als je de relatie goed wilt houden.
Denken en doordenken
In mijn andere blog schrijf ik over open en gesloten vragen. En hoe je die het beste inzet. Als schrijver denk je na over wat de lezer gaat antwoorden op die vragen. Wees je bewust van de zogenaamde subtekst: een gedachte die mogelijk ontstaat bij de lezer. Onbedoeld of bedoeld. Let op dat je tekst niet per ongeluk sarcastisch, pessimistisch of arrogant wordt. Of dat de lezer precies het tegenovergestelde leest van wat je bedoelt door een persoonlijk donderwolkje in de lucht waar je niets vanaf weet. Of doordat er in de media iets is verteld. Of...
Je tekst: Uber-chauffeurs zijn eigen baas en bepalen zelf waar en wanneer ze rijden.
Subtekst: Uber-chauffeurs hebben hun rijbewijs bij een pakje boter gekregen en kruipen dronken achter het stuur.
Een ander voorbeeld.
Je tekst: De lezers van de Libelle zijn in de bloei van hun leven.
Subtekst: Dit zijn oudere mevrouwen die niets anders meer te doen hebben dan een tijdschrift lezen.
Mag ik dan helemaal niets meer zeggen? Natuurlijk wel. Het gaat om de inhoud en het betrekkingsniveau. Nadenken en doordenken over wat je doelgroep zich mogelijk in het hoofd haalt. Je verplaatsen in je lezer. Wegblijven van clichés en concreet verwoorden wat je bedoelt helpt daarbij.